Fronsen
Sociale verschijnselen, een bloemlezing. Aflevering 3: fronsen.
“Als ik de deur uitga, heb ik toch altijd het gevoel dat ik een schild moet opzetten.” Een zin uit een gesprek met een oud omaatje uit Amsterdam. Ik moet soms nog wel eens denken aan dat scriptie-interviewtje dat ik deed in de zomer van 2008. Het opzetten van een boosheid-aura, fysiek samengevat in een frons en een paar andere trekjes, gaf haar het gevoel alsof er minder snel iets zou kunnen gebeuren als je op straat bent. Het klinkt even idioot als herkenbaar. Ik vind het in elk geval ontzettend idioot maar ook ontzettend herkenbaar.
Als ik om me heen kijk, zie ik tal van mensen gefronst over straat lopen. “Voordeursleutels? Check. Boodschappentas? Check. Onderlip naar boven, wenkbrauwen omlaag? Check. Daar gaan we.” En natuurlijk betrap ik mezelf ook vaak zat op dit gezicht, zonder dat ik me in een fronswaardige situatie bevind. Onder het motto ‘de aanval is de beste verdediging’ voorkomen we benaderd te worden door agressoren door er zelf een uit te stralen. Soort van preventief fight fire with fire.
Misschien klinkt het nog steeds vooral idioot en nauwelijks herkenbaar voor je. Maar veel van dit soort gedragingen zijn ook moeilijk te herkennen omdat ze onbewust ingebed zijn in ons fysieke gedrag. Als een tweede natuur, ooit afgekeken bij anderen, tijdelijk bewust of minder bewust eigen gemaakt totdat we niet meer doorhebben dat we dit doen. Voor sceptici/theorie-freaks: check het boek Streetwise van Elijah Anderson. Hierin laat hij fijntjes zien hoeveel etiquette en kennis van de straat er wel niet in ons verstopt zit. Zo hebben we bijvoorbeeld onszelf aangeleerd dat het beter is als we vreemden niet te lang aankijken.
Kleine kindjes zijn wat dat betreft prachtig. Zij zijn nog vrij van dit soort rare fratsen waar wij wel door aangetast zijn. Op straat staren en wijzen ze naar vreemden en zijn ze schildloos vrolijk.
Dat verandert fiks als het kleine kindje ineens naar bijvoorbeeld de brugklas gaat. Ik weet zelf nog wel dat ik me in die tijd verbaasde over hoe stoer/nors iedereen daar zichzelf door de gangen heen keek; iets dat ik nog bij mezelf moest aanleren. Het is de tijd dat kids voorgoed hun gekleurde jas-mentaliteit aan de wilgen hangen om in plaats daarvan een stoere (en dan het liefst een zwarte – want zwart is de allerstoerste kleur) jas-mentaliteit te nemen.
Niks mis mee, volkomen begrijpelijk, want de middelbare school kan ook een jungle zijn. Het maffe is alleen dat deze houding en dit gedrag blijft hangen, ook als de jungle van de middelbare school eenmaal is overleefd. Als je als volwassene een vrolijk gekleurde jas aantrekt, ben je toch een bijzondere. Want ga voor de grap even na hoeveel mensen een donkere jas aanheeft. Dat is echt niet alleen omdat zwart met alles is te combineren.
Tot slot, om je uit te dagen, drie oefeningen:
1) Loop een dagje door een stadse omgeving en check hoeveel mensen aan deze boosheid-madness meedoen.
2) Zet een boos fronsje op en loop door die omgeving. Voelt goed, potverdomme of niet! Stoere bink die je d’r bent!
3) Hetzelfde als oefening twee maar dan in plaats van het fronsje een glimlach. Eindbaas-level = oogcontact opzoeken met anderen.*
*) Belangrijk bij deze oefening is dat je alleen bent en geen oordopjes of andere attributen bij je hebt. Die kunnen namelijk ervoor zorgen dat anderen je glimlach associëren met dat attribuut. Moeten we niet hebben. Het experiment moet zuiver blijven.
Gelukt? Awesome. Tijd om af te sluiten met iets vrolijks: een fotomodel.
Het is even idioot als herkenbaar. Ik vind het in elk geval ontzettend idioot maar ook ontzettend herkenbaar. http://t.co/H3ybRg570U