Jeugdige overmoed
‘Gadver, daar komen allemaal dertigers,’ riepen we als studentjes altijd als iemand voorstelde om naar de Hofman in Utrecht te gaan. Ik voelde me wat ongemakkelijk tussen die ‘oude vrouwen’ die met de komst van hun eerste rimpels al hun dansvermogen lijken te verliezen. Altijd iets te heftig uitgedost, met iets te lang haar, iets te veel make-up en op jacht naar iets te jonge mannen. Wellicht had ik minder hard geoordeeld als ik had bedacht dat ik zelf ook niet forever 21 zou zijn.
Zo zitten we op een vrijdagavond aan een etentje in mijn nieuwe appartement als we beseffen dat het wel heel lang geleden is dat we ‘gewoon’ uit zijn geweest. Bovendien heb ik een ongedragen, iets te bloot jurkje in mijn kast hangen die om een gelegenheid vraagt. Laten we er een creëren! Het jurkje aan, de iets te lange haren half vast gebonden en de ogen donker aangezet, springen we op de fiets.
De club is nog halfleeg – of halfvol, het is maar hoe je het bekijkt – als we aankomen. We zijn volkomen overdressed, maar worden keurig ontvangen door de vrienden van de dj die samen 90% van het publiek vormen. Ik vind het aandoenlijk hoe de jochies hun vrienden proberen te helpen om het feestje van de grond te krijgen. ‘Zoho – een IJwitje. Doe maar luxe!’ zegt een van hen terwijl hij aan zijn pils lurkt. Ik was vergeten dat er een leven was voor de speciaal biertjes en gin tonics. Toen we gewoon nog schraal bier dronken in een uitgerekte spijkerbroek en verwassen T-shirt.
Na een gesprek van een kwartiertje over koetjes, kalfjes en alle must sees in Amsterdam Oost buigt de jongen naar voren. Het was zo plotseling als ik het hier beschrijf. De tijd lijkt vanaf dat moment te vertragen. Als een ware Matrix-ster buig ik mijn bovenlijf naar achter en maak een halve cirkel met mijn romp om de op mij afstevenende lippen te vermijden In slo-mo hoor ik mijn eigen stem nagalmen: ‘waaaatt doooeee jeee?’ Geen vraag waar ik een antwoord op verwachtte. Ik herpak me en doe alsof ik de disco house van de dj errug inspirerend vind en de jongen tegenover me helemaal niet zojuist een blauwtje liep.
Maar hij zag mijn vraag als een uitnodiging tot een antwoord. ‘Het leek me een goed moment, omdat je vriendin op haar telefoon zat.’ Ergens heb ik bewondering voor de jeugdige overmoed van deze ‘net afgestudeerde Bas’. Zo simpel kan het leven zijn. ‘Maar misschien was ik te snel…’ vervolgt hij. ‘Was ik te snel? Ja, ik was te snel… denk ik.’ Ik ben blij dat ik niet uit hoef te leggen dat er nul interesse van mijn kant is – de jongen heeft zelf genoeg theorieën om te verklaren wat er zojuist gebeurde. Hij hobbelt door naar een studenterig meisje van zijn eigen leeftijd en ik houd me weer bezig met mijn dansmoves die volgens mij nog best okee zijn.