De psychologie van sociale media-oorlogsvoering: hoe onze geest het slagveld werd

In de geschiedenis van oorlogsvoering was de strijd zelden beperkt tot de frontlinies. Gedachten en overtuigingen werden net zo fel bevochten als land en macht. Vandaag, in het digitale tijdperk, speelt deze strijd zich af op een nieuw slagveld: sociale media. Wat ooit een middel was om vrienden te verbinden, is nu een krachtig wapen geworden in psychologische oorlogsvoering. Via algoritmes, bots en desinformatiecampagnes worden onze emoties gemanipuleerd, onze gemeenschappen gepolariseerd, en onze realiteit herschreven.
Maar hoe wordt psychologische kennis ingezet om deze digitale oorlog te voeren? Welke technieken worden gebruikt om angst te zaaien, groepen te verdelen en de vijand te demoniseren? En, misschien nog belangrijker, hoe wapenen we ons tegen deze subtiele maar destructieve vorm van oorlogsvoering?
Sociale Media-oorlogsvoering
Sociale media-oorlogsvoering verwijst naar het strategische gebruik van sociale mediaplatformen om propaganda te verspreiden, desinformatie te verspreiden, invloed uit te oefenen en conflicten te beïnvloeden. Het wordt ingezet door overheden, organisaties en individuen als een middel om de publieke opinie te manipuleren, politieke steun te mobiliseren, of chaos en verdeeldheid te zaaien in een samenleving. Hieronder een overzichtje van belangrijke kenmerken die Sociale-Media oorlogsvoering met zich mee draagt:
Desinformatiecampagnes
Het verspreiden van onjuiste informatie om verwarring te zaaien en verdeeldheid te creëren. Dit kan gebeuren via nepnieuws, memes, en andere virale berichten, vaak gericht op het beïnvloeden van verkiezingen of het verstoren van internationale betrekkingen.
Psychologische operaties (PSYOPS)
Inhoud wordt gecreëerd om sterke emoties zoals angst, woede, of hoop op te roepen, met als doel bepaalde acties of reacties uit te lokken. Dit wordt vaak gebruikt om steun voor een bepaald doel te krijgen of om de publieke perceptie te beïnvloeden.
Algoritmische versterking
Deze techniek maakt gebruik van sociale media-algoritmes om inhoud te promoten die emoties oproept en polarisatie versterkt. Wat deze techniek onderscheidt, is dat het niet alleen om de boodschap zelf gaat, maar ook om de technische infrastructuur die ervoor zorgt dat de boodschap een groot en gericht publiek bereikt. Het gaat hier om het strategische gebruik van algoritmes om bepaalde ideeën en emoties te versterken.
Doelgerichte beïnvloeding
Deze techniek maakt gebruik van dezelfde sociale media-algoritmes, maar wordt bewust ingezet door actoren die strategisch een specifieke boodschap willen verspreiden. Hierbij worden algoritmes gemanipuleerd via gerichte advertenties, bots of microtargeting, zodat de inhoud precies de juiste mensen bereikt. Het doel is om specifieke groepen te beïnvloeden of gedrag te sturen, zoals stemkeuzes of maatschappelijke opinie.
Emotionele besmetting
Emotionele besmetting verwijst naar het vermogen van sociale media om emoties, zoals angst of woede, razendsnel te verspreiden. Wat dit uniek maakt, is het fenomeen dat gebruikers elkaar aansteken door het delen en versterken van emotioneel geladen inhoud. Anders dan PSYOPS, dat gericht is op het opwekken van emoties, gaat het hier om hoe deze emoties zich binnen een netwerk verspreiden en escaleren.
De glorie van het kalifaat
ISIS (Islamitische Staat) gebruikte sociale media als onderdeel van hun oorlogvoering en propagandastrategieën. Ze gebruikten platforms zoals Twitter, Facebook, YouTube, en Telegram om hun ideologie te verspreiden, rekruten te werven, angst te zaaien, en propaganda te promoten.
Rekrutering via doelgerichte beïnvloeding
ISIS gebruikte sociale media om jonge mensen wereldwijd te rekruteren door een geromantiseerd beeld van hun kalifaat te presenteren. Ze plaatsten video’s en foto’s die zowel de ‘glorie’ van het kalifaat als gewelddadige beelden van hun strijders toonden. Hierbij maakten ze gebruik van doelgerichte beïnvloeding door berichten af te stemmen op specifieke doelgroepen, zoals ontevreden jongeren in Europa of het Midden-Oosten. Met behulp van hashtags en viraltechnieken werd een gevoel van gemeenschap en identiteit gecreëerd, wat de rekrutering versterkte. Volgens een rapport van Brookings zou ISIS via deze strategie tussen de 20.000 en 30.000 buitenlandse strijders hebben gerekruteerd.
Beïnvloeding en dreiging door PSYOPS en desinformatiecampagnes
ISIS verspreidde video’s van gruwelijke executies, martelingen en andere gewelddaden om angst te zaaien en hun vijanden te intimideren. Deze PSYOPS hadden als doel om emoties zoals angst en hulpeloosheid op te wekken bij tegenstanders. Tijdens de strijd om Mosul verspreidde ISIS bijvoorbeeld desinformatie die hun strijdkrachten als talrijk en goed georganiseerd afschilderde, terwijl ze in werkelijkheid steeds meer terrein verloren. Dit soort berichten zaaide twijfel bij lokale milities en Iraakse troepen, waardoor de effectiviteit van hun tegenstand werd ondermijnd. Zover zelfs dat Iraakse troepen Mosul verlieten.
Algoritmische versterking en emotionele besmetting
De virale verspreiding van video’s en andere inhoud maakte gebruik van algoritmes om emoties zoals woede en angst snel te verspreiden. Dit leidde tot emotionele besmetting, waarbij gebruikers de berichten massaal deelden en zo bijdroegen aan de verspreiding van ISIS’ propaganda. Algoritmes versterkten deze inhoud verder door ze onder de aandacht te brengen van een breed publiek, wat de impact van hun campagnes vergrootte.
Gebruik van encryptie en privécommunicatie
Naast openbare sociale-mediaplatforms gebruikte ISIS ook versleutelde berichten-apps, zoals Telegram, om geheime communicatiekanalen te onderhouden. Dit was een bewuste strategie om hun activiteiten te verbergen en hun plannen te coördineren zonder dat autoriteiten dit konden volgen.
Waarom werkt Sociale Media-oorlogsvoering zo goed?
Sociale media-oorlogsvoering wordt ingezet omdat het werkt. Maar wat maakt dat het goed werkt? Hierbij spelen enkele psychologische mechanismes een rol:
Het wij-zij-gevoel
Het wij-zij-gevoel is een psychologisch mechanisme dat bepaalt hoe mensen zichzelf en anderen zien in termen van een ingroup (wij) en een outgroup (zij). Dit concept speelt een grote rol in de sociale psychologie en kan zowel positieve als negatieve effecten hebben, afhankelijk van de context. Een van de gevolgen van het wij-zij-gevoel is ingroup favoritisme, waarbij leden van de ingroup geneigd zijn hun eigen groep positiever te beoordelen en meer voordeel te geven. Tegelijkertijd kan er outgroup negativiteit ontstaan, waarbij de andere groep wordt gedemoniseerd of in negatieve termen wordt gezien. Dit vergroot de kloof tussen de twee groepen en kan leiden tot conflicten of vijandigheid.
In de context van sociale media-oorlogsvoering wordt het wij-zij-gevoel vaak versterkt door doelgerichte beïnvloeding en PSYOPS. Een voorbeeld hiervan is de manier waarop ISIS propaganda gebruikte om hun volgers te overtuigen van hun superioriteit (wij) ten opzichte van de ‘vijanden van de islam’ (zij). Via sociale mediaberichten werden leden van hun groep geprezen als heldhaftig en religieus, terwijl westerse landen en andere tegenstanders werden gedemoniseerd als ongelovigen en onderdrukkers. Een bekende slogan die ze gebruikten, luidde: ‘We are the true defenders of Islam, while they are the enemies of God.’
Bevestigingsbias
Op sociale media leidt bevestigingsbias vaak tot de vorming van zogenaamde echokamers. Een echokamer is een ‘online-ruimte’ waarin gebruikers worden blootgesteld aan berichten, meningen, en inhoud die hun bestaande overtuigingen versterken. Dit gebeurt bijvoorbeeld doordat algoritmes van platforms zoals Facebook en YouTube content aanbevelen die aansluit bij eerdere zoekopdrachten en likes. Daarnaast kunnen gebruikers zelf bijdragen aan het ontstaan van echokamers door mensen met afwijkende meningen te ontvolgen, te blokkeren, of simpelweg te negeren. Dit versterkt het effect dat alleen gelijkgestemde ideeën worden uitgewisseld, terwijl dissonante stemmen en andere perspectieven buiten beeld blijven.
In de context van sociale media-oorlogsvoering maken propagandisten gebruik van deze bias om doelgroepen te manipuleren. Een voorbeeld is de campagne van Russische trollen tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2016. Deze trollen creëerden nepaccounts en publiceerden berichten die bestaande overtuigingen van specifieke bevolkingsgroepen versterkten, zoals de angst voor immigratie of wantrouwen jegens de overheid. Door gerichte advertenties en memes verspreidden zij desinformatie, wat leidde tot verdere polarisatie. Mensen in deze echokamers werden zo bevestigd in hun bestaande opvattingen en waren minder geneigd alternatieve informatie te accepteren.
Manipulatie
Een bekend psychologisch fenomeen dat gebruikt wordt bij manipulatie is het concept van subliminale beïnvloeding. Subliminale beïnvloeding verwijst naar het proces waarbij een boodschap onbewust het brein van een persoon beïnvloedt, zonder dat deze persoon zich bewust is van de impact van die boodschap. Het wordt vaak gedaan door informatie op een zodanige manier te presenteren dat het buiten het bewustzijnsbereik van de ontvanger valt, maar nog steeds een effect heeft. Dit kan bijvoorbeeld door beelden, geluiden of woorden zo kort weer te geven dat ze niet bewust worden waargenomen, maar wel onder de oppervlakte het gedrag of de perceptie beïnvloeden.
Een bekend voorbeeld hiervan is de verkiezingscampagne van George W. Bush in 2000, waar in een televisieadvertentie kritiek werd geuit op zijn tegenstander, Al Gore. In deze reclame verscheen kort het woord “RATS” (ratten) in grote letters, net voordat het volledige woord “BUREAUCRATS” zichtbaar werd. Hoewel het woord slechts milliseconden in beeld kwam, leidde dit tot beschuldigingen van subliminale manipulatie. Critici stelden dat de Bush-campagne dit bewust inzette om een negatieve associatie te creëren met Gore’s beleid. Hoewel de campagne ontkende dat dit opzettelijk was, illustreert dit hoe subtiele manipulatie kan worden ingezet om percepties te beïnvloeden zonder dat we ons daar volledig bewust van zijn.
Een harnas voor de Geest, hoe wapen we onszelf hiertegen?
Het wapenen tegen sociale media-oorlogsvoering kan op verschillende manieren, van het ontwikkelen van meer kritische denkvaardigheden, tot technische tools en bewustwording.
Kritisch denken en mediawijsheid
Het ontwikkelen van kritische denkvaardigheden is essentieel om desinformatie en manipulatie te herkennen. Mensen moeten leren om informatie op sociale media te evalueren op basis van bronnen en hun eigen bias te herkennen. Dit helpt niet alleen om valse informatie te onderscheiden, maar ook om bewust te zijn van de psychologische technieken die worden gebruikt om overtuigingen te beïnvloeden. Bijvoorbeeld door de bron te controleren met websites zoals FactCheck.org of Snopes.
Sociale Media-instellingen en tools
Versterk je privacy instellingen. Beperk de toegang tot persoonlijke gegevens en de hoeveelheid informatie die je deelt op sociale media. Hierdoor wordt het voor kwaadwillenden moeilijker om je te bestoken met gepersonaliseerde berichten.
Versterken van emotionele intelligentie en educatie
Initiatieven die het publiek informeren over de manieren waarop psychologische manipulatie werkt op sociale media (zoals hoe algoritmes beïnvloeden wat je ziet) kunnen helpen om weerbaarheid op te bouwen tegen manipulatie. Ook kunnen mensen leren minder direct te reageren op sterk geladen emotionele content. Door emoties eerst te identificeren en een moment van reflectie in te bouwen, kunnen mensen voorkomen dat ze snel beïnvloed worden door virale content.
Het blijft wel opletten geblazen
Als we kijken naar het hedendaagse Rusland- Oekraïne conflict, zien we dat Rusland via staatsmedia en het verbieden van sommige sociale media-platforms zoals X (voorheen Twitter) bijna een monopolie heeft op informatie en hard hun best doet om er voor te zorgen dat hun staats-narratief het enige verhaal is dat te vinden is in Rusland.
Aan de andere kant gebruiken westerse regeringen sociale media om de Oekraïense verdediging te ondersteunen, Volodymyr Zelensky neer te zetten als een heroïsche held en strijder voor de democratie (terwijl zijn ambstermijn in mei al afliep en er geen nieuwe verkiezingen opkomst zijn). Ondanks de strenge controle van Rusland over informatie, proberen westerse landen via sociale media ook invloed uit te oefenen op de Russische bevolking. TikTok, populair bij jongeren wereldwijd, werd een platform waarop westerse influencers en journalisten oorlogsbeelden deelden en het Oekraïense perspectief versterkten.
En wat nu?
In een wereld waarin sociale media zo’n krachtige rol speelt in de informatievoorziening, is het essentieel om ons bewust te zijn van de psychologische mechanismen die deze platforms aanspreken. De strijd om overtuigingen te beïnvloeden en te manipuleren is intens en complex, en vereist dat we onze eigen emoties, biases en percepties kritisch onder de loep nemen. Wat voor de ene persoon een heldhaftige verdediging is, kan voor een ander als propaganda worden gezien. Door te accepteren dat perspectieven kunnen verschillen en subjectiviteit onvermijdelijk is, kunnen we een meer open en genuanceerd begrip van complexe situaties ontwikkelen. Dit stelt ons in staat om niet alleen desinformatie te herkennen, maar ook om onze eigen overtuigingen te beschermen tegen de subtiele, maar invloedrijke tactieken van sociale media-oorlogsvoering. Door kritisch en bewust te blijven, kunnen we voorkomen dat we meegesleurd worden in één enkel verhaal en kunnen we onze gedachten en overtuigingen wapenen tegen manipulatie.
Zeer informatief en sterk geschreven!