Dichter tot elkaar
In de aanloop naar de Boekenweek ontdekte ik de podcast ‘Het Voorwoord’. Twee schrijvers van verschillende generaties en achtergronden interviewen elkaar in De Kleine Komedie, zonder publiek, aan de hand van vragenkaartjes. Een leuk concept, en er zaten zeker interessante combinaties bij. Maar naarmate ik meer afleveringen luisterde en onder anderen Connie Palmen en Arnon Grunberg de revue al keuvelend passeerden, bekroop mij een ongemakkelijk gevoel.
Elitair
Het was allemaal zo… elitair? Los van de werkelijkheid af en toe. Die ziekelijke nadruk op lijden, de gedachte dat schrijven uiteindelijk altijd over de dood gaat, het gebruik van moeilijke woorden terwijl je zeker drie synoniemen voorhanden hebt die de gemiddelde Nederlander wél snapt. Boekminnend en -lezend Nederland zal zich verkneukeld hebben, en misschien was dat ook wel het doel.
De niet-lezers
Aan de andere kant van het spectrum wordt hard getrokken aan potentiële lezers die ‘het licht nog niet gezien hebben.’ De niet-lezers, zogezegd. Omdat ons gemiddelde leesniveau hard achteruitgaat en de groep mensen die nooit boeken leest alsmaar groeit, regent het initiatieven die het lezen moeten stimuleren. Van jong tot oud, als wedstrijd of met hulp van digitale middelen. Lovenswaardig, absoluut. Maar werkt het ook? Brengt het de mensen qua lezen dichter bij elkaar?
Navel- of beeldschermstaren
Volgens mij groeien we voornamelijk uit elkaar, en dat heeft in beide kampen verschillende oorzaken. In het ‘literaire’ clubje staart men graag naar de eigen navel en verwerpt men hooghartig al het leesvoer dat net wat gemakkelijker te verteren is. De sjieke heren en madammen wensen niet gestoord te worden in hun ivoren toren, volgestouwd met zwaarlijvige epistels die zij de kwalificatie ‘literatuur’ waardig achten. Te moeilijk, deze zin? Nou, met minder kom je er volgens deze arrogante kwasten niet. ‘Scheer je weg, nietsnutten!’ Aan de andere kant zit vooral desinteresse en onmacht: de mensen die niet gemakkelijk een boek ter hand nemen, hebben het te druk. Of ze lijden aan ‘fomo’ en zijn continu online. Lezen is geen deel van hun leven. En ze voelen zich al helemaal niet aangetrokken door de zoveelste dikdoenende schrijver of dichter die zijn of haar gal spuwt over de ‘lectuur’ die het boekenlandschap ‘vervuilt’.
Verder uit elkaar
Hoewel de technologie van tegenwoordig in staat is om iedereen met iedereen te verbinden, groeien groepen mensen steeds verder uit elkaar. Dat zie je op het gebied van economie, cultuur en politiek. Maar dus ook op het gebied van lezen. Er vallen steeds meer mensen tussenuit omdat het aanbod te onoverzichtelijk is én er door de koplopers niet wordt omgekeken naar de achterblijvers. Jammer, want we zouden zoveel aan elkaar kunnen hebben. En ervoor kunnen zorgen dat de mensen die onderaan bungelen, ook kunnen aanhaken. Maar ja, dat is natuurlijk wel erg links gedacht van mij. Vervelende tic. Nou, dan duik ik Dostojevski maar weer in, want na drie maanden ploegen wil ik ‘Misdaad en straf’ ook eindelijk eens uitgelezen hebben.