Het sneeuwt niet meer

Het sneeuwt niet meer
en ik mis het niet.
Ik verruilde mijn winterjas
voor eentje tegen de regen
en ik hoop dat ik hem niet nodig heb.
Ik koop altijd dingen die ik niet nodig heb.
Mijn huis puilt er van uit.
Ik leef in een oerwoud
van nutteloosheid.
Zo is er het tosti-ijzer
met anti-aanbaklaag
ongebruikt
want ik lust geen kaas
en ik heb geen vrienden
die kaas lusten
er is een voorraad
zoetjes voor in de koffie
sinds 2010 onaangeraakt
er zijn duizendstukjespuzzels
waar ik het geduld niet voor heb
gezelschapsspellen
waar ik het gezelschap niet voor heb
planten waarvan ik de namen niet weet
en ook niet hoeveel water ze nodig hebben
onaangesloten spelcomputers
vergeten boeken
een overschot aan stekkerdozen
te veel gitaren
voor iemand die geen gitaar speelt
en er zijn overal lampen
zo veel lampen
terwijl ik het grootste deel van de tijd
met mijn ogen dicht in een van de bedden lig.
Hier tussen de spullen
val ik niet meer op.
Ik steek er niet bovenuit.
Plus
het maakt stofzuigen
tot een hels karwei
ontneemt mij de zondagochtendrust
die mij hopeloos ouderwets
als een te strakke omhelzing
bij de keel grijpt
in ruil voor minder niesbuien
of in elk geval langere perioden
ertussendoor.
Perioden van draaglijkheid
waarin niet mijn hele lijf
zich door mijn neusgaten
naar buiten probeert te stuwen.
Ik kijk op buienradar en stel vast
dat die regenjas inderdaad overbodig is
de komende uren
en dat het niet meer sneeuwt
en dat ik het niet mis
niet meer.