Mag iedere vluchteling in Nederland blijven?

Geïnspireerd door beelden van overvolle asielzoekerscentra en snelwegen met wandelende mensen komt deze vraag de laatste tijd vaak naar boven in gesprekken. Een relevante vraag, gezien de grote instroom van mensen met de intentie een bestaan op te bouwen in Nederland. Maar mogen vluchtelingen hier ook echt allemaal blijven? Kort gezegd: ja. De crux zit hem daarbij in het woordje ‘vluchteling’.
Mensen die officieel de status ‘vluchteling’ krijgen ontvangen een asielvergunning. De website van de Immigratie- en Naturalisatiedienst Nederland (IND) legt het helder uit. Eén zin springt er daarbij uit:
‘Maar alleen armoede of een politiek onrustige situatie in het land van herkomst is geen reden om hier te mogen wonen.’
Alleen als je ‘terecht bang bent voor vervolging’ in je land van herkomst ben je een ‘vluchteling’. Iemands lot wordt daarmee een definitiekwestie die in handen is van de IND-medewerker die het ‘nader gehoor’ uitvoert. Toch knaagt het feit dat alleen armoede geen reden is om hier te mogen wonen aan me. Aan de ene kant begrijp ik heel goed dat wij onze grenzen niet wagenwijd open kunnen stellen voor iedereen die een hogere levensstandaard wil verkrijgen. Onze publieke voorzieningen zijn daar simpelweg niet op uitgelegd. Aan de andere kant hebben wij die standaard vaak verworven door die van andere landen bewust laag te houden.
Wij kunnen de acties van onze natie uit het verleden niet uitvlakken in deze discussie. Stel bijvoorbeeld dat een persoon uit Noord-Sumatra asiel aanvraagt in Nederland. Laten we hem Amit noemen. De regio is bij tijd en wijlen vooral voor niet-Moslims onstabiel, maar meestal niet levensbedreigend. Wel is het één van de armste regio’s van Indonesië, een armoede waarvan het ontstaan voor een niet onaanzienlijk gedeelte te wijten is aan de Nederlandse overheersing. Vanaf halverwege de 17e eeuw heeft Nederland zich over een periode van bijna driehonderd jaar gelaafd aan de rijkdom van de Indonesische grond. Dat de oorspronkelijke bewoners daar niet in dezelfde mate van profiteerden is, naast een understatement, een bekend feit. Maar wat zou er gebeuren als Amit in Ter Apel aankomt?
Amit in Ter Apel, het klinkt als een roman met een fatalistisch einde voor Amit, uitdraaiend op een onherroepelijk ‘nee’. Want alleen armoede is geen reden om hier te mogen wonen, Amit. Hier, in dit land dat rijk is geworden door de grondstoffen van jouw ‘hier’ in beslag te nemen. Toen wij die rijkdommen ontdekten werd jouw ‘hier’ namelijk heel snel ons ‘hier’. Maar dat is lang geleden, en in de vruchten daarvan hoef jij niet te delen, Amit, dat zijn namelijk al lang onze vruchten geworden.
Amit is slechts een voorbeeld van één van de mensen wiens lot door de afgelopen eeuwen bepaald is door de gewelddadige ondernemingsdrang van de nu ontwikkelde landen. Het is een lastige factor in een van de grootste vraagstukken van onze tijd, een van de vele nuances die het zo vreselijk moeilijk maken een mening te vormen over de oplossingen voor de vluchtelingencrisis. Want in tijden waarin eigendom slechts een definitiekwestie was, ligt immers al besloten hoe de IND-medewerker de status van Amit zal definiëren.
Sterk stuk dit.