Tent
Bebo zit in het hoekje van de tent en kijkt naar de slapende Wendy. Er fladdert een mot in de tent die eventjes op haar roze slaapzak rust, en dan weer doorvliegt. Waarschijnlijk op zoek naar de uitgang. Bebo begrijpt dat wel. De tent is tot in de nok toe gevuld met het zoete parfum waarmee Wendy zich altijd omwolkt, en het parfum slokt de zuurstof op. Maar daar heeft hij geen last van. Wendy is voor hem het belangrijkste.
Ze zit altijd voor in de klas, naast haar beste vriendin. Ze heeft amandelvormige ogen, lang donker krullend haar dat over haar borsten valt, opgemaakte wimpers en dikke lippen met een laag vuurrode lippenstift. Ze draagt strakke shirts waardoor de randen van haar bh zichtbaar worden. En er is die eeuwig zoete parfumwolk. Een keer zag hij haar buiten school, toen ze samen met haar vriendin door de stad liep. Ze droeg hoge hakken, waardoor haar borsten parmantig naar voren staken.
Alleen de stoerste jongens wagen zich in haar buurt. Jurjen, de klasclown, is de enige die ook met haar heeft gezoend. Dat verkondigde hij eens luidkeels in de kleedkamer, vlak voordat ze gingen gymmen. Bebo heeft dat nog gezien. Hij had jaloers toegekeken tijdens het brugklaskampfeest, toen Jurjen en Wendy met elkaar schuifelden. Hun hoofden kwamen steeds dichter bij elkaar, tot hun lippen elkaar aanraakten. Bebo zag hoe hun tongen in elkaars mond gleden. Jurjen vertelde ook dat ze de hele nacht hadden liggen ballen in zijn tent. Bebo betwijfelt of dat ook echt is gebeurd. Maar het beeld is wel bij hem blijven hangen. Jurjen en Wendy in de tent. Dat beeld veranderde hij naar hemzelf en haar in de tent. Een droombeeld waar hij zich urenlang in kan verstoppen. Niemand in de omgeving. Alleen zij twee.
Hij zou haar kunnen aanraken. Al is het alleen maar met zijn vingertoppen. Gewoon haar huid strelen, de warmte van haar lichaam voelen. Heel misschien een kusje geven. Haar tong proeven. Maar hoe ver hij zijn hand ook uitstrekt, hij kan haar niet bereiken. Hij snuift nog maar eens diep de zoete parfumgeur op en wordt helemaal warm vanbinnen. Wendy blijft rustig doorslapen. Ooit, zo neemt Bebo zich voor, zal hij iets tegen haar zeggen. De mot heeft het fladderen opgegeven en blijft op de slaapzak zitten.