Er is zoveel verdeling. En we kunnen het er allemaal over eens zijn!
Er valt wat te kiezen. Partijen debatteren, polariseren, zoeken soms verbinding maar zoeken vooral confrontatie.
Bij het delen van standpunten en communiceren naar elkaar toe in de diverse media richten we ons vooral op de verschillen, maar zo houden we verdeling. En er zijn fundamentele onderliggende wensen waar we het allemaal over eens zijn.
Het voelt inderdaad soms alsof je een slechter mens bent als je geniet van je bacon en je eitje. Het voelt inderdaad juist dat je met tranen van ontroering langs de snelweg de karakteristieke groene velden met zwart-wit gevlekte Hollandse koeien moet bekijken met het juiste sentimentele gevoel van een idyllisch plaatje – als ons gezamenlijk trots wat nimmer verloren mag gaan. En als dan de zon opkomt in zijn glorie en fotogeniek de grassprietjes in de dauw schitteren, vraag je je af of het oerbos van de 12e eeuw met zijn moerasgebied niet meer oorspronkelijk was geweest. Dat je dan wellicht door de natuur was opgeslokt en nooit meer was teruggevonden. Iets wat voor de natuur wel veel beter was geweest.
Wij mensen. Daar kunnen we het toch wel over eens zijn?
En nu begrijp ik wel, dat de route ernaartoe en of de mens zijn rechten claimt op een onverantwoorde manier, moeilijke thema’s zijn. Op de invulling en de kleinere nuances zijn we het stellig oneens. Maar waar zijn we het wél over eens?
De voedingssector moet veranderen, er moeten méér mensen gevoed worden, op een nóg duurzamere manier, met veel minder vee, veel minder import van exotische ingrediënten en veel minder geld. Daarvoor moet er een doordachte koers uitgezet worden om deze transitie mogelijk te maken. Niet met verdeling, maar een eenvoudige oplossing, met houvast voor de lange termijn. Juist de systeemverandering, en de agrarische sector hebben een plan nodig. Niet voor het komende jaar, maar voor de komende eeuw!
En daarvoor moeten we vooral kijken waar partijen gezamenlijke grond vinden. Naar dat wat niet partij specifiek is, wat overstijgend is, naar wat over de inhoud gaat en niet zozeer over de poppetjes. Naar wat vanzelfsprekend onze invulling gaat geven ongeacht welke partijen straks aan het roer staan.
Dus laat ik even de duidelijkheid geven die iedereen nodig heeft.
Uiteraard zullen er altijd mensen zijn die vlees zullen blijven eten, en die wat vinden van veganistische opties. Er zullen veganisten zijn die elk opgeofferd dier als iets kwalijks zullen zien en blijvend strijden voor ultieme diervriendelijkheid. Er zullen mensen zijn die eigenlijk op dieet moeten, maar te veel eten. En mensen die duurzaamheid als way of life omarmen en zo veel mogelijk het in hun ogen ‘goede voorbeeld’ zullen geven aan anderen.
We hebben overkoepelend een lange termijn visie nodig, waarbij elke partij, ongeacht welke partij, er gewoon invulling aan kan geven. Ik noem de belangrijkste, tevens het grootste obstakel: het stikstofbeleid. Met Europese afspraken zal dat moeten leiden tot minder stikstof. Logischerwijs betekent dit het afbouwen van vleesconsumptie om deze doelen te halen. Dit betekent veel onrust op de korte termijn. En zal over 30 jaar leiden naar meer variatie in veganistische opties en veel mensen die flexitariër zijn geworden in een verbeterde luchtkwaliteit. Nou. Voelt dat niet gewoon beter?
In deze themamaand over verkiezingen laten de verschillende experts van Kaf hun licht schijnen over dit bijzondere fenomeen. Wat kiezen we, hoe kiezen, waarom kiezen we?